Zo reis je duurzamer: een handleiding voor beginners

Door te reizen, leer je de wereld waarderen, inclusief de prachtige diversiteit die onze planeet herbergt. Maar reizen kan ook enorm vervuilend zijn. Als we onze enige aarde geen onherstelbare schade willen berokkenen, moeten we allemaal onze CO2-uitstoot verminderen en beter voor de omgeving zorgen. Dat betekent gelukkig niet dat je al je internationale avonturen voorgoed vaarwel moet zeggen, maar voor de volgende keer dat je een tripje plant willen we je aanraden om onze negen beste tips uit te proberen om duurzamer te reizen.

1. Denk goed na over je vervoersmiddel

Laten we beginnen met de meest logische: denk goed na over het vervoersmiddel waarmee je naar je plaats van bestemming wilt reizen. Vliegen is natuurlijk snel, praktisch en soms zelfs goedkoper dan de trein, maar stoot ook veel meer CO2 (dat bijdraagt aan klimaatverandering) en andere giftige gassen uit dan die goeie oude locomotief.

Tegenwoordig kun je met de trein vrijwel overal komen, dus ruil je vlucht in voor een pittoreske treinreis. In bijvoorbeeld Europa, met uitgebreide en snelle spoornetwerken, zijn elektrische treinen een uitstekend alternatief om je uitstoot te verminderen. Zeker in Frankrijk, waar 75% van de elektriciteit in kerncentrales wordt opgewekt, wat veel minder uitstoot genereert dan fossiele brandstoffen.

Tip: vergelijk je reismogelijkheden met de emissiecalculator van EcoPassenger. Daarmee kun je zien hoeveel CO2-uitstoot je bespaart door de trein in plaats van het vliegtuig te nemen.

2. Compenseer voor je CO2-uitstoot

We zijn natuurlijk niet allemaal in de gelegenheid om in de voetstappen van klimaatactivist Greta Thunberg te stappen, die liever per zeilboot de Atlantische Oceaan overstak dan dat ze naar de VS zou vliegen. En soms is vliegen gewoon je enige optie. In zo’n geval kan het compenseren van je CO2-uitstoot interessant zijn. Daarbij bereken je hoeveel CO2-uitstoot jouw vliegreis veroorzaakt, wat je vervolgens kunt compenseren door ergens anders bijvoorbeeld bomen te laten planten. Die eenzelfde hoeveelheid CO2 opnemen uit de lucht. Zo kun je je uitstoot en de opname min of meer tegen elkaar wegstrepen.

Met FlyGRN kun je je uitstoot berekenen, vind je vluchten die minder CO2 uitstoten en lees je hoe je je uitstoot compenseert. Andere compensatieprojecten draaien onder meer over duurzame energie, gecertificeerd door Gold Standard, en herbebossingsprojecten van Mossy Earth, een organisatie die een foto stuurt van de nieuw geplante bomen waaraan je hebt bijgedragen.

Het is wel belangrijk om goed te beseffen dat er geen perfecte manier is om je CO2-uitstoot heel exact te berekenen. Bovendien: bij veel projecten duurt het daadwerkelijk ‘wegstrepen’ van jouw CO2-uitstoot tot wel twintig jaar, aangezien de bomen eerst nog flink moeten groeien. Compensatie is op zich altijd goed om te doen. Maar het is nog altijd beter om indien mogelijk je uitstoot te beperken.

3. Wees betrokken bij de lokale gemeenschap

Duurzaam reizen draait niet alleen om het beperken van de uitstoot van broeikasgassen. maar ook om het helpen van de lokale gemeenschap op jouw bestemming. Zodat die een duurzamere toekomst tegemoet kan gaan. Dit kun je doen door bijvoorbeeld bij gastgezinnen te slapen als je in het buitenland studeert. Of souvenirs te kopen die niet geïmporteerd zijn maar door lokale kunstenaars zijn gemaakt. En je boodschappen te doen op lokale markten in plaats van bij internationale supermarktketens. Op die manier blijft het geld dat je uitgeeft binnen de lokale gemeenschap, wat goed is voor de lokale economie en bijdraagt aan groei.

4. Denk na over welke wildlife-activiteiten je doet

Het is niet leuk om te horen, maar veel wildlife-activiteiten die toeristen ondernemen hebben enorm negatieve gevolgen voor de dieren in kwestie. EF Education First daarentegen is juist de eerste taalreisorganisatie die zich ervoor inzet om diens tripjes wildlife-friendly te maken door samen te werken met World Animal Protection. En nieuw beleid voor dierenwelzijn te maken voor het hele bedrijf. Dit betekent dat er op excursies en andere tripjes nooit sprake is van dieren waar niet goed voor gezorgd wordt, zoals schadelijke ritjes op olifanten of zwemmen met dolfijnen terwijl daar onopvallend dierenleed bij komt kijken. In plaats daarvan ligt de focus juist op educatie, positieve interactie tussen mens en dier, en op milieubewust wildlifetoerisme.

5. Reis langzaam

Slow travel, de kunst om gedurende een langere periode slechts één of twee plekken te bezoeken in plaats van gehaast rondreizen om in korte tijd zoveel mogelijk te zien, is een briljante manier om duurzamer te reizen. Door een land of regio met een slakkengangetje te ontdekken, komen daar niet alleen minder vluchten of andere reisvormen met een bepaalde CO2-uitstoot aan te pas. Maar ben je ook veel betrokkener bij de lokale gemeenschappen en steden die je bezoekt. Dit maakt de ervaring niet alleen beter voor het milieu, maar ook voor jou. We zijn uiteraard niet partijdig, maar in het buitenland studeren valt uiteraard ook onder de noemer slow travel.

6. Eet slim

Bij het doen van boodschappen gelden er twee regels: koop lokaal, en koop volgens het seizoen. Ondersteun lokale boeren door hun producten te eten en koop wat er dat seizoen in de omgeving wordt geproduceerd. Zo hoeft er minder voedsel ingekocht te worden en beperk je de CO2-uitstoot. Proberen geen vlees te eten helpt ook om je ecologische voetafdruk te beperken. Aangezien de veeteeltsector flink wat CO2-uitstoot veroorzaakt. Je hoeft niet compleet vegetarisch of vegan te gaan eten, maar minder dierlijke producten eten maakt al een groot verschil.

7. Zorg voor minder plastic

Een paar simpele veranderingen in je dagelijkse routine kunnen er al voor zorgen dat je veel minder plastic afval hebt. De gemakkelijkste is investeren in een herbruikbare aluminium waterfles. Voor slechts een paar euro hoef je nooit meer een plastic wegwerpflesje te kopen en met apps als Refill en Tap zoek je gemakkelijk uit waar het dichtstbijzijnde gratis watertappunt is. Verder kun je je toilettas vullen met stukken deodorant (dat is eerst een beetje gek, maar werkt perfect). En stukken shampoo, conditioner en zeep, in plaats van de niet-recyclebare flessen en spuitbussen.

8. Wat zit er in je koffer?

Iedereen vindt het leuk om te gaan winkelen om kleren te kopen die je “absoluut nodig hebt” voordat je op reis gaat, maar weet je wel wat de milieukosten van jouw kleren zijn? De fast fashion-branche (met andere woorden: al die hippe kledingketens waar je zo dol op bent) veroorzaakt enorme hoeveelheden broeikasgassen, volgens sommige bronnen zelfs tot 10% van de wereldwijde uitstoot. Daarnaast veroorzaakt het kleurproces in de fabriek en niet-organisch geteelde katoen ook op grote schaal vervuiling van rivieren.

Er zijn echter gemakkelijke manieren om je kledingkast (en dus de inhoud van je koffer) iets groener te maken. Ga in tweedehandswinkels en op Marktplaats op zoek naar tweedehandskleding zodat je niet bijdraagt aan de productie van nieuwe kleding. Wat je wel graag nieuw wilt kopen, kun je aanschaffen bij duurzame winkels als Rapanui, dat alleen maar organisch katoen en minder schadelijke verf gebruikt, of bij Econyl, dat badkleding maakt van gerecycled plastic. En o ja: zorg dat je niet te veel kleding inpakt! Hoe meer bagage je meeneemt in de trein of in het vliegtuig, hoe meer brandstof er nodig is voor de reis.

9. Denk goed na over welke accommodatie je kiest

Als je een reis aan het plannen bent, is het lastig om niet verleid te worden door de glimmende foto’s van luxe allinclusivehotels. Zulke accommodaties hebben echter een enorm groot waterverbruik dankzij de gigantische hoeveelheden wasgoed als dekbedden en handdoeken. Ook zijn de mini-shampoo’s en mini-douchegelletjes in de badkamer vaak gemaakt van plastic. En maakt het hotel vaak deel uit van een internationale keten, waardoor de winst niet in de lokale gemeenschap wordt gestoken maar naar het buitenland verdwijnt.

In plaats daarvan kun je beter zoeken naar guesthouses of boetiekhotels van lokale eigenaren. Zoek naar het Rainforest Alliance-logo of het Global Sustanainable Tourism Council-logo op hotelwebsites. Een hotel kan makkelijk roepen dat het duurzaam is, maar deze certificering van onafhankelijke partijen bevestigt dat ook. Accommodaties moesten er echt voor bewijzen dat ze duurzaam opereren, door bijvoorbeeld hun afval te beperken. Of de lokale omgeving weinig schade te berokkenen, de lokale cultuur niet te benadelen en door initiatieven ten bate van lokale flora en fauna te ondersteunen.

Als je ergens wat langer blijft – bijvoorbeeld omdat je er gaat werken of een taal gaat studeren – overweeg dan bij een gastgezin of in een gedeelde residentie te verblijven. Zo weet je zeker dat je gebruikmaakt van bestaande faciliteiten en deel je deze met meerdere mensen.