Bijwoorden van graad
Bijwoorden van graad vertellen ons over de intensiteit of de mate van een handeling, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord. Bijwoorden van graad worden meestal voor het bijvoeglijk naamwoord, bijwoord of werkwoord dat zij veranderen geplaatst, hoewel daar ook uitzonderingen op zijn die hieronder besproken worden.
Bijwoord van graad | Veranderend | Voorbeeld |
---|---|---|
extremely | bijvoeglijk naamwoord | The water was extremely cold. |
quite | bijvoeglijk naamwoord | The movie is quite interesting. |
just | werkwoord | He was just leaving. |
almost | werkwoord | She has almost finished. |
very | bijwoord | She is running very fast. |
too | bijwoord | You are walking too slowly. |
enough | bijwoord | You are running fast enough. |
Gebruik van "enough"
Enough kan als bijwoord en als determinator gebruikt worden.
Enough als bijwoord
Enough als bijwoord in de betekenis van 'voldoende' komt na het bijvoeglijk naamwoord of bijwoord dat het verandert, en niet ervoor zoals andere bijwoorden. Het kan zowel in positieve als in negatieve zinnen gebruikt worden.
Voorbeelden
- Is your coffee hot enough?
- This box isn't big enough.
- He didn't work hard enough.
- I got here early enough.
Enough wordt vaak gevolgd door "to" + de infinitief.
Voorbeelden
- He didn't work hard enough to pass the exam.
- Is your coffee hot enough to drink?
- She's not old enough to get married.
- I got here early enough to sign up.
Enough kan ook gevolgd worden door "for someone" of "for something".
Voorbeelden
- The dress was big enough for me.
- She's not experienced enough for this job.
- Is the coffee hot enough for you?
- He didn't work hard enough for a promotion.
Enough als determinator
Genoeg als determinator in de betekenis van 'zoveel als nodig' komt voor het zelfstandig naamwoord waar het betrekking op heeft. Het wordt gebruikt met telbare zelfstandig naamwoorden in het meervoud en met ontelbare zelfstandig naamwoorden.
Voorbeelden
- We have enough bread.
- You have enough children.
- They don't have enough food.
- I don't have enough apples.
Gebruik van "too"
"Too" is altijd een bijwoord, maar het heeft twee verschillende betekenissen, elk met zijn eigen vorm van gebruik.
Too in de betekenis van "ook"
Too als een bijwoord in de betekenis van "ook" komt aan het eind van de zin waar het betrekking op heeft.
Voorbeelden
- I would like to go swimming too, if you will let me come.
- Can I go to the zoo too?
- Is this gift for me too?
- I'm not going to clean your room too!
Too in de zin van "te"
Too als een bijwoord in de betekenis van "te" komt voor het bijvoeglijk naamwoord of het bijwoord waar het betrekking op heeft. Het kan zowel in bevestigende als in ontkennende zinnen gebruikt worden.
Voorbeelden
- This coffee is too hot.
- He works too hard.
- Isn't she too young?
- I am not too short!
Too wordt vaak gevolgd door "to" + de infinitief.
Voorbeelden
- The coffee was too hot to drink.
- You're too young to have grandchildren!
- I am not too tired to go out tonight.
- Don't you work too hard to have any free time?
Too kan ook gevolgd worden door "voor iemand" of "voor iets".
Voorbeelden
- The coffee was too hot for me.
- The dress was too small for her.
- He's not too old for this job.
- Sally's not too slow for our team.
Gebruik van "very"
Very komt voor een bijwoord of bijvoeglijk naamwoord om het te versterken.
Voorbeelden
- The girl was very beautiful.
- The house is very expensive.
- He worked very quickly.
- She runs very fast.
Als we een ontkennende vorm willen maken van een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord, kunnen we "niet" aan het werkwoord toevoegen, we kunnen een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord met een tegengestelde betekenis gebruiken of we kunnen "niet erg" gebruiken met het originele bijvoeglijke naamwoord of bijwoord. De betekenissen van de zinnen zijn niet identiek. Gewoonlijk is de zin waarin "niet erg" gebruikt wordt, minder direct en daarom beleefder dan de andere zinnen.
Voorbeelden
Originele zin | Tegengestelde betekenis met "not" | Tegengestelde betekenis met "not very" | Tegengestelde betekenis met een tegengesteld woord |
---|---|---|---|
The girl was beautiful. | The girl was not beautiful. | The girl was not very beautiful. | The girl was ugly. |
He worked quickly. | He did not work quickly. | He did not work very quickly. | He worked slowly. |
Het verschil in betekenis tussen "very" en "too"
Er is een groot verschil in betekenis tussen "too" en "very". "Very" drukt een feit uit, terwijl "too" een probleem suggereert.
Voorbeelden
- He speaks very quickly.
- He speaks too quickly for me to understand.
- It is very hot outside.
- It is too hot outside to go for a walk.
Andere bijwoorden zoals "very"
Enkele vaak voorkomende bijwoorden worden op dezelfde manier gebruikt als "very" om de mate van bijvoeglijk naamwoorden en bijwoorden te versterken.
Uitdrukken van zeer sterke gevoelens | Uitdrukken van sterke gevoelens | Uitdrukken van enigszins twijfelachtige gevoelens |
---|---|---|
extremely, terribly, amazingly, wonderfully, insanely | especially, particularly, uncommonly, unusually, remarkably, quite | pretty, rather, fairly, not especially, not particularly |
The movie was amazingly interesting. | The movie was particularly interesting. | The movie was fairly interesting. |
She sang wonderfully well. | She sang unusually well. | She sang pretty well. |
The lecture was terribly boring. | The lecture was quite boring. | The lecture was rather boring. |
Omzetting met negatieve bijwoorden
Normaal gesproken komt het onderwerp voor het werkwoord, maar sommige negatieve bijwoorden kunnen tot een omzetting leiden als ze aan het begin van de bijzin geplaatst worden. De volgorde is omgekeerd en het werkwoord komt voor het onderwerp. Deze omzetting wordt alleen in de schrijfvorm gebruikt, niet in de spreekvorm.
Bijwoord | Normale woordvolgorde | Omzetting |
---|---|---|
Never | I have never seen such courage. | Never have I seen such courage. |
Rarely | She rarely left the house. | Rarely did she leave the house. |
Not only | She did not only the cooking but the cleaning as well. | Not only did she do the cooking, but the cleaning as well. |
Scarcely | I scarcely closed the door before he started talking. | Scarcely did I close the door before he started talking. |
Seldom | We seldom cross the river after sunset. | Seldom do we cross the river sunset. |